Kies je voor tuinschermen in hard hout, dan moet je ervoor zorgen dat deze tot in de kern geïmpregneerd zijn. Je plaatst de houten tuinschermen bij voorkeur tussen betonnen palen en onderaan voorzien van een betonnen plaat, zodat ze niet rechtstreeks in aanraking komen met de vochtige ondergrond. Om vergrijzing van het hout tegen te gaan, moet je de tuinschermen af en toe behandelen met houtolie.
Duurzamer en ecologischer zijn panelen in houtcomposiet, een mengeling van gerecycleerd hout en kunststof. Door de duurzame kwaliteit van de aanwezige kunststof zijn de schermen honderd procent waterbestendig en zullen ze niet kromtrekken of splijten, zoals dit dikwijls voorkomt bij houten panelen. Bovendien behouden ze het natuurlijke uitzicht van nieuw hout en zijn ze, in tegenstelling tot echt hout, resistent tegen water en zonlicht. Deze panelen zijn verkrijgbaar in grijze, bruine en zwarte tinten.
Naast kunststof panelen in een houtlook, is er de nog stevigere variant, namelijk betonnen afsluitingen. Betonnen panelen kan je krijgen in hun pure, grijze industriële vorm, maar je kunt ook kiezen voor een structuur die bijvoorbeeld hout imiteert of een stenen muur nabootst. Deze panelen zijn heel onderhoudsvriendelijk, je hoeft ze gewoon af en toe eens af te spuiten met de hogedrukreiniger. Bovendien zijn ze uitermate stevig en gaan ze minstens een leven lang mee.